KOP VAN OVERIJSSEL – Het historisch Stroinkgemaal, gelegen op de dijk tussen Vollenhove en Blokzijl, ondergaat op dit moment een grondige restauratie. Het rijksmonument – al meer dan een eeuw het hart van het waterbeheer in Noordwest-Overijssel – krijgt een opknapbeurt aan de drie monumentale pers- en zuigbuizen.

Lagere waterstand in de Gieterse gracht

Wat menig bewoner en schipper in Giethoorn deze weken opvalt: het waterpeil is uitzonderlijk laag. Volgens het waterschap blijft het gemaal tijdens de restauratie gewoon in bedrijf, maar blijkbaar is uit voorzorg het peil tijdelijk extra verlaagd. Mocht het immers ineens langdurig en hevig gaan regenen, dan is er voldoende bergingsruimte. Voor de (rondvaart) boten in Giethoorn vormt de lage waterstand echter een probleem. Volgens een woordvoerder van Waterschap Drents Overijsselse Delta is een preventieve verlaging vanwege de werkzaamheden níet het geval.

“De lage waterstand staat los van de werkzaamheden aan gemaal Stroink. We werken met een flexibel waterpeil, altijd tussen –73 en –83 centimeter NAP. Daar zitten we nu ook gewoon tussen.”

Toch roept die uitleg vragen op. In voorgaande jaren was er in dezelfde periode nooit sprake van zulke lage waterstanden in Giethoorn. Dat wekt de indruk dat de werkzaamheden aan het gemaal er op z’n minst indirect iets mee te maken kunnen hebben. Misschien wordt het tijd om die ‘flexibele bandbreedte’ nog eens tegen het licht te houden.

Beulakerwijde

Het Stroinkgemaal regelt het watersysteem van Noordwest-Overijssel en delen van Drenthe. Oorspronkelijk werd via het gemaal enkel water afgevoerd, maar sinds 1996 kan het ook water inlaten. Dat gebeurt via de Beulakerwijde. Het water uit het meer, dat van goede kwaliteit is, wordt hierdoor naar de rest van het gebied geperst. Deze methode heeft een gunstige invloed op de natuur. De restauratie, de eerste in meer dan honderd jaar, moet het gemaal weer klaarstomen voor zeker een halve eeuw betrouwbaar gebruik. Het project van het Waterschap Drents Overijsselse Delta loopt tot april 2026 en kost zo’n 5,5 miljoen euro.